Het college
Omdat VMM niet dadelijk verder actie leek te ondernemen in het kader van de problematiek van de PFAS in de Melsterbeek heeft de gemeente eind juli een bemonstering laten uitvoeren. Aangezien de gemeente zelf niet de nodige expertise in huis heeft is dit gebeurd via de recent ondertekende samenwerking tussen de gemeente en de provincie ter ondersteuning van de milieudienst, IPKC.
De resultaten en beoordeling zijn beschikbaar gesteld door het PIH en opgenomen in bijlage.
De beoordeling is als volgt:
In het water van de Melsterbeek werden PFPeA, PFHxA en PFOS aangetroffen in gehaltes die hoger zijn dan de rapportagegrens. Met uitzondering van het gehalte van aan PFOS zijn de gehaltes aan de verschillende PFAS op beide punten nagenoeg gelijk.
Het gehalte aan PFOS is hoger dan de milieukwaliteitsnorm voor het jaargemiddelde aan PFOS. Op beide punten is het gehalte wel lager dan de norm voor het maximum PFOS gehalte.
Op het meer stroomafwaarts bemonsterde punt (MB2) is het PFOS gehalte duidelijk hoger dan op het opwaartse punt (MB1). Of dit toeval is, het gevolg is van fluctuerende PFOS gehaltes in het oppervlaktewater van de Melsterbeek, of dat er een bron van PFOS is op het grondgebied van de gemeente Geetbets is met deze éénmalige bemonstering niet te achterhalen.
Gelet op de gemeten waarden lijkt er geen acuut probleem te zijn in het kader van PFAS.
Als we kijken naar de norm voor de som van PFAS in drinkwater, die op 100 nanogram zit, dan wordt deze norm niet gehaald (opgelet, de metingen zijn in microgram, 1 nanogram is 0,001 microgram). Deze huidige normen zijn nog niet gebaseerd op de recente probleemstellingen en bijhorende analyses. Recente onderzoeken, zie EFSA, verwijzen echter naar waarden ter grootte van 4,4 nanogram per kg lichaamsgewicht per week als een maximum waardoor toch ook met de huidige cijfers verdere opvolging nodig blijft.
VMM blijft de meest geschikte partij om zich te buigen over deze meetgegevens en verder onderzoek te verrichten.
De meetgegevens over te maken aan VMM, hun standpunt en verdere opvolging te vragen.