Terug
Gepubliceerd op 07/06/2022

Besluit  College

di 07/06/2022 - 16:00

Omgevingsvergunning voor het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning, referentie omgevingsloket OMV_2022002873 - referentie gemeente OMV_2022_00029

Aanwezig: Jo Roggen, Burgemeester
Chris Jamar, Nadia Najem, Roland Strouven, Elke Allard, schepenen
Herman Stiers, Algemeen directeur

Het college

Juridische basis
  1. Het decreet lokaal bestuur, inzonderheid art. 56.
  2. De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
  3. Het besluit van de Vlaamse regering houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en latere wijzigingen (VLAREM II)
  4. Het omgevingsvergunningendecreet en uitvoeringsbesluit
Probleemstelling

Het betreft een aanvraag voor het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning

Motivering

De omgevingsvergunning wordt als bijlage gehecht aan deze beslissing.

Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning onder voorwaarde af aan de aanvrager

 

De voorwaardelijke vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden en/of lasten:

1. UITERLIJK ACHT DAGEN VOOR DE START VAN DE WERKZAAMHEDEN MOET DOOR DE VERSLAGGEVER DE STARTVERKLARING ALS ELEKTRONISCH DOCUMENT RECHTSTREEKS NAAR DE ENERGIEADMINISTRATIE DOORGESTUURD WORDEN.

2. Voor de ingebruikname van de woning moet deze voldoen aan het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders(dd. 01/06/2012)

3. De aanvraag dient te voorzien in het plaatsen van een hemelwaterput van 7.500 liter en een infiltratievoorziening van minimaal 1705 liter met een infiltratieoppervlakte van minimaal 2,78 m².

4. De ophoging ter hoogte van de oprit dient voorzien te worden van de nodige onderbuizing om doorstroming tussen beide zijden mogelijk te maken.

5. Vanaf de ophoging dient het terreinprofiel zo snel mogelijk via een natuurlijke helling aan te sluiten op het bestaande maaiveld.

6. De waterdoorlatende verhardingen dienen als dusdanig te worden aangelegd. Dit wil zeggen dat ook een eventuele onderlaag waterdoorlatend moet zijn.

7. Tijdens het slopen moet de hinder voor de aanpalende buren tot een minimum beperkt worden. De aangrenzende eigendommen dienen gevrijwaard te blijven van nadelige invloeden ten gevolge van de afbraakwerken.

8. Na het slopen van de constructies moet alle bouwafval van het terrein verwijderd worden en afgevoerd worden naar een erkend verwerker.

9. Eventuele putten op het terrein ten gevolge van de sloop worden met goede aarde afgedekt zodat deze gelijkmatig hellend aansluiten op het bestaande terreinniveau.

10. De uitgegraven aarde dient afgevoerd te worden naar een erkend verwerker.

11. De bouwheer wordt er op gewezen omzichtig te werken ter hoogte van het openbaar domein. Bij ontegensprekelijke schade aan het openbaar domein aangericht door de bouwheer, zullen alle kosten aan hem doorverrekend worden.

 

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.