De voorzitter van de OCMW-raad verzoekt de OCMW-raad voor de eerste maal in zitting te vergaderen op «van» aansluitend aan de vergadering van de gemeenteraad in de raadzaal van het “Administratief Centrum Den Molencouter”.
De notulen en het zittingsverslag werden samen met de dagorde aan de leden van de OCMW-raad bezorgd. Als er hierover geen opmerkingen zijn, kunnen deze goedgekeurd worden
Voorstel van beslissing:
De notulen en het zittingsverslag goed te keuren.
Op het einde van het tweede kwartaal moet er een opvolgingsrapportering aan de raad voorgelegd worden.
Het is een integrale rapportering gemeente en OCMW.
Het niveau waarop gerapporteerd wordt, is het niveau van de prioritaire acties:
Het overzicht is als openbare bijlage aangehecht.
Voorstel van beslissing:
Kennis te nemen van de opvolgingsrapportering.
De retributie m.b. debiteurenbeheer dat goedgekeurd werd op 28 april 2025 is geldig tot eind 2025.
Om ook de komende jaren deze retributie te kunnen heffen is er een beslissing van de OCMW-raad nodig.
De kosten voor het verzenden van aangetekende zendingen aan diegenen die laattijdig de door hun verschuldigde sommen betalen, kunnen gerecupereerd worden door middel van een retributie.
Voorstel van beslissing:
De retributie m.b.t. debiteurenbeheer als volgt vast te stellen:
De kosten voor aanmaningen worden vastgelegd als volgt:
1° Eerste aanmaning: gratis.
2° Laatste aangetekende aanmaning : € 15,00.
Mensen die incontinent zijn, worden geconfronteerd met een echte nood. Om medische redenen waar ze zelf niets aan kunnen doen, stijgt hun afvalfactuur. Dus deze mensen dienen ondersteund te worden met een diftartoelage. Om deze toelage correct toe te bedelen, is er een reglement nodig.
Er is reeds een reglement voor tussenkomst in de diftarkosten, maar dit reglement dateert van 20 september 2010. Er zijn aanpassingen nodig.
Ook zorgt een aanpassing van het reglement en het aanvraagformulier voor een vereenvoudigde behandeling van de dossiers, momenteel is de behandeling van de dossiers omslachtig en tijdrovend.
Voorstel van beslissing:
Het aangepaste diftarreglement goed te keuren met ingang van 1 januari 2026 tot en met 31 december 2031.
Het is wenselijk dat de reglementen van de steenkooltoelage en pelletstoelage worden samengevoegd gezien de identieke doelgroep en vergelijkbare ondersteunde toelage in de verwarmingskost.
De toelage bedraagt max. € 210,00 per goedgekeurde aanvraag als de aanvrager kan aantonen dat hij voor € 210,00 pellets of steenkool heeft aangekocht.
Voorstel van beslissing:
De huidige reglement werd een laatste keer aangepast op 20 december 2017. De maximum tussenkomst in de begrafenisonkosten bedraagt sinds 2001 € 1.500,00 en is al meerdere jaren onveranderd gebleven. Inhoudelijk dient het reglement aangepast worden gezien de complexere maatschappij en de gestegen begrafenisonkosten in het algemeen.
Doelgroep
Na een sociaal en financieel onderzoek beoordeelt het OCMW of de overledene behoeftig is en of er nabestaanden zijn die financieel kunnen instaan voor de begrafeniskosten.
Komen in aanmerking voor een ten lasteneming van hun begrafenis- of crematie.
Voorstel van de beslissing:
Het reglement goed te keuren.
Het Bijzonder Comité voor de Sociale dienst neemt de beslissing steun in tussenkomst van de begrafeniskosten. De Voorzitter kan bij hoogdringendheid beslissen tot ten laste nemen van de begrafeniskosten van maximaal € 2.650,00 incl. BTW. Zijn beslissing wordt voorgelegd op de eerstvolgende Bijzonder Comité van de Sociale dienst ter bekrachtiging. De beslissing wordt gecommuniceerd aan de aanvrager en de begrafenisondernemer.
Vanuit de Vlaamse Regering werd er in 2020 € 9.351,53 ter beschikking gesteld voor Covid-19 Subsidie ter ondersteuning van het consumptiebudget voor kwetsbare doelgroepen. Dit betrof een éénmalige subsidie vanuit Vlaanderen in kader van de Covid-19 pandemie.
Voorstel van beslissing:
Het reglement met onmiddellijke ingang in te trekken.
De klusjesdienst van het OCMW Geetbets werd in 1983 opgezet om kwetsbare inwoners te ondersteunen bij kleine onderhoudsklussen in en rondom hun woning. Dit betrof vooral het maaien van gras en het scheren van hagen, maar ook andere praktische hulp.
In de afgelopen jaren is het gebruik van deze dienst sterk afgenomen. Dit komt onder andere doordat er minder vraag is naar dergelijke eenvoudige klusjes en omdat er alternatieve, private en maatschappelijke initiatieven beschikbaar zijn die dit soort taken overnemen. Uit onze evaluatie blijkt dat slechts een zeer beperkt aantal inwoners gebruikmaakte van deze dienst voor andere klusjes dan tuinonderhoud.
Daarnaast zorgt de seizoensgebonden vraag naar de klusjesdienst voor een inefficiënte inzet van personeel en middelen. Er ontstaan momenten van onderbezetting, terwijl tijdens piekperiodes soms een tekort is aan voldoende capaciteit.
Met het oog op een betere besteding van onze middelen en een doelmatige inzet van onze medewerkers, kiezen we ervoor om deze klusjesdienst stop te zetten. Het vrijgekomen personeel wordt ingezet binnen andere gemeentelijke diensten waar de behoefte groter is, zoals het onderhoud van het openbaar domein en andere kerntaken van het welzijnswerk.
We blijven de ondersteuning aan kwetsbare inwoners hoog in het vaandel dragen. Daarom worden zij via deze overgang begeleid naar alternatieven zoals, klusjesdiensten die verbonden zijn aan thuiszorgdiensten, VDAB wijk-werken en particuliere hulpverleners. Op die manier garanderen we dat zij niet in de kou komen te staan en dat zij blijven beschikken over geschikte hulp binnen hun mogelijkheden.
Deze beslissing is gebaseerd op een zorgvuldige afweging van vraag, kostenefficiëntie en maatschappelijke meerwaarde.
Voorstel van beslissing:
Het reglement betreffende de toekenning van “voetbonnen”, goedgekeurd op 18 januari 2001, is in de afgelopen jaren geëvalueerd. Uit die evaluatie blijkt dat het aantal gebruikers sterk is gedaald (van 87 in 2021 naar 40 tot en met 2024). Daarnaast voorzien de meeste ziekenfondsen inmiddels een gelijkwaardige of ruimere tegemoetkoming voor medische voetverzorging.
Door deze overlapping ontstaat er bovendien een situatie van dubbele financiering, omdat sommige personen zowel via het OCMW als via hun ziekenfonds steun ontvangen voor dezelfde zorgkosten.
Het reglement zelf biedt daardoor weinig extra meerwaarde voor de doelgroep. De administratieve lasten voor het toekennen van voetbonnen zijn relatief hoog in verhouding tot het gebruik en de impact. Door het reglement stop te zetten kunnen middelen en tijd ingezet worden voor andere noden waarvoor geen alternatieven bestaan.
Voorstel van beslissing:
Het reglement “voetverzorging”, goedgekeurd op 18 januari 2001, stop te zetten met ingang van 1 januari 2026.
Deze beslissing wordt ter kennis gebracht van de betrokken diensten en inwoners.
Het reglement betreffende het gratis verdelen van CO-melders aan kansarme alleenstaanden en gezinnen werd goedgekeurd op 22 mei 2006. Dit reglement kwam er destijds om de installatie van CO-melders bij kwetsbare doelgroep te stimuleren, omdat de brandveiligheid in de huisvesting onvoldoende was ingeburgerd.
Intussen is de situatie sterk veranderd. CO-melders zijn vandaag algemeen bekend en ruim verspreid. Daarnaast is er een wettelijke verplichting voor eigenaars/verhuurders om CO-melders in huurwoningen te installeren. De voorraad CO-melders binnen het OCMW is uitgeput en de nood aan extra ondersteuning is weggevallen.
Voorstel van beslissing:
Het reglement betreffende het gratis verdelen van CO-melders, goedgekeurd op 22 mei 2006, wordt ingetrokken vanaf 29 september 2025.
Het reglement inzake de prijssubsidie voor warme maaltijden werd ingevoerd om de gebruikers van de in 2022 stopgezette OCMW-dienst warme maaltijden de mogelijkheid te bieden tegen hetzelfde tarief warme maaltijden aan huis te laten leveren. De overgang naar nieuwe aanbieders van maaltijdbedeling is intussen vlot verlopen.
Voorstel van beslissing:
Het reglement in te trekken vanaf 29 september 2025.
In 2018 werd er met het OCMW van Glabbeek een samenwerkingsovereenkomst afgesloten voor een gemeenschappelijke dienstverlening inzake een erkende dienst gezinszorg en aanvullende thuiszorg.
Momenteel is er slechts 1 verzorgende meer in dienst, die in 2026 met pensioen gaat.
Het is momenteel zeer moeilijk om de vraag en het aanbod op mekaar af te stemmen.
Als er een klant wegvalt, vallen er uren weg en is er niet meteen een alternatief.
Als er een klant bijkomt en het aantal uren van de verzorgende is volzet, kan er geen dienstverlening gegeven worden.
Een maatschappelijk werker coördineert de dienstverlening, maar dat vergt in verhouding veel tijd.
Voor de dienstverlening gezinszorg en thuiszorg zijn er voor de doelgroep alternatieven beschikbaar.
Door het stopzetten van deze dienstverlening is er voor de klanten geen negatief effect aangezien zij elders terecht kunnen, maar is er een positief effect op de werking van de maatschappelijk werkers, aangezien zij zich dan kunnen concentreren op hun kerntaken, het behandelen van individuele dossiers.
Door de beperking in de tijd van de werkloosheid is de verwachting dat het aantal dossiers voor maatschappelijk werknemers zal toenemen.
Het uitvoeren van deze dienstverlening door het OCMW heeft geen maatschappelijke meerwaarde, het stopzetten daarentegen heeft een organisatorische meerwaarde omdat men de te verwachten stijgende werklast dan beter kan opvangen.
Financieel waren de subsidies kostendekkend.
De opzegtermijn bedraagt 6 maanden.
Het personeelslid gaat op 1 mei 2026 met pensioen. Om de pensionering van het personeelslid en de stopzetting van de dienstverlening.
Dat betekent dat de opzeg uiterlijk 31 oktober 2025 moet gebeuren.
Voorstel van beslissing:
De met het OCMW van Glabbeek afgesloten samenwerkingsovereenkomst voor een gemeenschappelijke dienstverlening inzake een erkende dienst gezinszorg en aanvullende thuiszorg op te zeggen met ingang van 1 mei 2026.
Namens OCMW-Raad,
Herman Stiers
Algemeen directeur
Roland Strouven
Voorzitter van de raad