Terug
Gepubliceerd op 02/12/2024

Besluit  Gemeenteraad

ma 25/11/2024 - 20:31

Aanvullende belasting op de personenbelasting.

Aanwezig: Kris Swinnen, Voorzitter van de raad
Jo Roggen, Burgemeester
Chris Jamar, Nadia Najem, Roland Strouven, schepenen
Marcel Andries, Ingrid Claes, Bart Vlayen, Germain Vandezande, Kevin Huybrechts, Rita Soetaerts, Stijn Doms, Danny Ruysen, Tony Jacobs, Katrien Weckx, Natalie Chaltin, gemeenteraadsleden
Herman Stiers, Algemeen directeur
Verontschuldigd: Elke Allard, Voorzitter bijzonder comité sociale dienst en schepen

De gemeenteraad

Juridische basis
  1. De Grondwet, art. 41, 162 en 170 § 4.
  2. Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 inzonderheid art. 40 § 3, art. 41, 2e lid, 14°, art. 286 en 287, en latere wijzigingen.
  3. Het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, art. 464 t.e.m. 470/2.
Voorgaande
  1. De gemeenteraadsbeslissing dd. 30 december 2013 houdende “Aanvullende belasting op de personenbelasting”.
  2. De gemeenteraadsbeslissing dd. 21 december 2017 houdende “Aanvullende belasting op de personenbelasting”.
  3. De gemeenteraadsbeslissing dd. 20 december 2018 houdende “Aanvullende belasting op de personenbelasting”.
Probleemstelling

De aanvullende belasting op de personenbelasting dient door de gemeenteraad vastgesteld te worden.

Motivering

Gelet op de financiële toestand van de gemeente is het gerechtvaardigd een financiële tussenkomst te vragen van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.

Het college stelt voor om de belasting enkel voor het aanslagjaar 2025 vast te stellen zodat het nieuwe verkozen bestuur zelf kan beslissen over de tarieven voor de komende jaren.

Publieke stemming
Aanwezig: Kris Swinnen, Jo Roggen, Chris Jamar, Nadia Najem, Roland Strouven, Marcel Andries, Ingrid Claes, Bart Vlayen, Germain Vandezande, Kevin Huybrechts, Rita Soetaerts, Stijn Doms, Danny Ruysen, Tony Jacobs, Katrien Weckx, Natalie Chaltin, Herman Stiers
Voorstanders: Kris Swinnen, Jo Roggen, Chris Jamar, Nadia Najem, Roland Strouven, Marcel Andries, Ingrid Claes, Bart Vlayen, Germain Vandezande, Kevin Huybrechts, Rita Soetaerts, Stijn Doms, Danny Ruysen, Tony Jacobs, Katrien Weckx, Natalie Chaltin
Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.

Artikel 1.

Er wordt voor het dienstjaar 2025 een aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het betrokken dienstjaar.

Artikel 2.

Het bedrag van deze belasting wordt voor alle belastingplichtigen vastgesteld op 8 % van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelasting 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar.

Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.

Artikel 3.

De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door de administratie belast met de vestiging voor de inkomstenbelasting en deze belast met de inning en de invordering van de inkomstenbelasting, zoals bepaald in artikel 469 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen.

Artikel 4.

Afschrift van deze beslissing zal via het digitaal loket overgemaakt worden aan de toezichthoudende overheid.