De gemeenteraad
De belastingen en retributies dienen door de gemeenteraad vastgesteld te worden voor het aanslagjaar 2025.
De verspreiding van drukwerken met een handelskarakter is de laatste jaren sterk in omvang toegenomen.
De gemeente betaalt een hoge kost voor papierophaling en -verwerking waar het gedeelte reclame een groot aandeel in heeft. Het is dan ook aangewezen om het principe ' de vervuiler betaalt' toe te passen.
De financiële toestand van de gemeente Geetbets rechtvaardigt en vereist de invoering van alle rendabele belastingen.
Voor het aanslagjaar 2025 wordt er voorgesteld om de huidige aflopende retributies met 1 jaar te verlengen om het nieuwe bestuur, na 13 oktober 2024, zelf te laten beslissen over de tarifering voor de komende jaren.
Voor de daaropvolgende jaren kan de belasting dan goedgekeurd worden voor de periode die samenloopt met het nieuwe meerjarenplan.
Artikel 1.
Voor het dienstjaar 2025 wordt er een gemeentebelasting gevestigd op de voor de bestemmelingen kosteloze huis-aan-huisverspreiding van niet-geadresseerde drukwerken met handelskarakter en gelijkgestelde producten.
Onder niet-geadresseerde drukwerken met een handelskarakter wordt verstaan elke publicatie die ertoe strekt bekendheid te geven aan commerciële activiteiten, handelszaken, merknamen en andere elementen, die erop gericht is de potentiële klant ertoe te bewegen gebruik te maken van de diensten en/of producten van de adverteerder.
Onder gelijkgestelde producten wordt o.a. verstaan alle stalen en reclamedragers van gelijk welke aard die ertoe aanzetten gebruik, verkoop of aankoop te maken of te doen van diensten, producten of transacties door de adverteerder aangeboden.
Deze opsomming is niet limitatief.
Collectieve adresaanduiding per straat of gedeeltelijke adresvermelding wordt niet beschouwd als zijnde geadresseerd.
Artikel 2.
De belasting is niet verschuldigd door :
1°openbare diensten en gelijkgestelde inrichtingen;
2°onderwijsinstellingen;
3°sociale, caritatieve, culturele, sportieve en politieke organisaties;
Artikel 3.
De belasting wordt vastgesteld op € 0,02 per bedeeld exemplaar met een gewicht tot en met 100 gram, en op € 0,05 per bedeeld exemplaar met een gewicht van meer dan 100 gram.
Vrijstelling van belasting wordt verleend voor elke verspreiding van éénbladig drukwerk kleiner of gelijk aan A4-formaat.
Artikel 4.
De belasting is verschuldigd door de verantwoordelijke uitgever. De drukker en de natuurlijke of rechtspersoon onder wiens naam, handelsnaam, logo of embleem de reclame, zoals bedoeld in artikel 1, wordt gevoerd zijn evenwel hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.
Artikel 5.
De belastingplichtige moet binnen de veertien dagen na de verspreiding aangifte doen bij het gemeentebestuur. Deze aangifte bevat alle noodzakelijke inlichtingen voor het vestigen van de aanslag en een specimen van het verspreide drukwerk of het gelijkgesteld product.
In geval van periodieke verspreidingen kan een aangifte binnen de veertien dagen na de eerste verspreiding ook gelden voor de daaropvolgende verspreidingen tijdens hetzelfde aanslagjaar. In dit geval kan de belastingplichtige tussen 1 en 15 december een regularisatie-aangifte voor het ganse aanslagjaar indienen.
Artikel 6.
Bij gebreke van een aangifte binnen de in artikel 5 vastgestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
Artikel 7.
Onvolledige verspreiding van de voornoemde drukwerken, zoals vermeld in artikel 1, waarvan aangifte gedaan werd bij het gemeentebestuur, geeft geen aanleiding tot belastingvermindering.
Artikel 8.
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het College van Burgemeester en Schepenen.
Artikel 9.
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 10.
De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure gebeuren volgens de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen, betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen.
Artikel 11.
Afschrift van deze beslissing zal via het digitaal loket overgemaakt worden aan de toezichthoudende overheid.